Plantentuin Meise


Jérôme Degreef
De Plantentuin Meise (België) heeft al een lange traditie in onderzoek op Afrikaanse paddenstoelen in West-Afrika (Benin, Togo) en Centraal-Afrika (Gabon, DR Congo).


Jérôme Degreef, directeur van de afdeling Cryptogamie in de Plantentuin Meise, leidt het wetenschappelijke deel van dit project dat ondersteund wordt door de lokale deskundigen mevrouw Assoumpta Mukandera en Gudula Nyirandayambaje, die beiden een ruime ervaring en kennis opgebouwd hebben in de mycologie. Hij wordt vergezeld door Franck Hidvégi, communicator van de Plantentuin  Meise, die een reportage over deze zending zal maken.

Assoumpta Mukandera (links)
en Gudula Nyirandayambaje (rechts)
Het mycologische onderzoek van de Plantentuin Meise in tropisch Afrika leverde bijna 200 soorten eetbare paddenstoelen op en toonde reeds het belang ervan aan als voedselvoorziening voor de plaatselijke bevolking (De Kesel et al 2003;. En Eyi al, 2011 ;. Rammeloo & Walleyn 1993). In het buurland Burundi, werden 43 eetbare soorten aangetroffen, voornamelijk in beboste gebieden in de buurt van Lake Tanganyika en langs de grens met Tanzania (Nzigidahera, 2007). Deze inventaris is onlangs aangevuld met nog 8 andere soorten, geoogst in de bergbossen van het Nationaal Park van Kibira, dat grenst aan Rwanda (Degreef, ongepubliceerde gegevens). Vanuit deze ervaring verwacht de Plantentuin soortgelijke resultaten te boeken in Rwanda.


In Rwanda werden er tijdens een  eerste inventarisatie 10 soorten eetbare paddenstoelen gevonden in de secundaire bossen en savannes, waarvan de helft saprotroof (Mukandera, 2011) is. Meer uitgebreid onderzoek bracht veel meer soorten paddenstoelen aan het licht in Burundi.
Verschillende soorten geïdentificeerd in Rwanda werden ook in Burundi gevonden, terwijl anderen uniek zijn voor Rwanda. Uitgaande van deze resultaten, kunnen we verwachten dat een aantal nieuwe soorten voor Rwanda of zelfs totaal onbekende soorten zullen gevonden worden. De aanwezigheid van een aantal niet-geïdentificeerde oesterzwammen soorten in Burundi en Rwanda moet beter onderzocht worden omdat deze saprotrofe paddenstoelen in aanmerking komen om commercieel gekweekt te worden in Rwanda.

Het veldwerk bestaat uit het systematisch inventariseren van alle soorten potentieel eetbare paddenstoelen (die tot de doelgroep soorten behoren - zie "eetbare paddenstoelen" -) of waarvan de eetbaarheid reeds bewezen omdat ze gegeten worden door de lokale bevolking. Dergelijk basisonderzoek op het mycologisch potentieel van Rwanda is nooit eerder uitgevoerd.


Opleiding geven in de mycologie is ook een onderdeel van de expertise van de Plantentuin Meise, die tal van vormingen op het gebied van de mycologie voor wetenschappers, technici en bewakers van parken in West-Afrika en Centraal-Afrika begeleidt (Benin , Togo, Kameroen, Gabon, de Democratische Republiek Congo en Burundi). Een onderdeel van dit project is ook aan de rangers van parken in Rwanda, die de mycologen zullen begeleiden bij het verzamelen van paddenstoelen, deze kennis van het identificeren en beschrijven van paddenstoelen in hun eigen werkomgeving door te geven.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten